Ik krijg op ons tuincentrum af en toe de volgende,
fluisterend toegesproken, opmerking:
Pssst, Peter, er zitten bladluisjes in je rozen.
Dat klopt, roep ik dan blij, wij spuiten nergens tegen!
Vaak is de fluisteraar verbaasd dat ik zo opgeruimd en blij
antwoord geef.
Waarschijnlijk verwachten ze dat ik met het schaamrood op de
kaken de gifspuit pak en die vermaledijde insecten om zeep help.
Niets is
minder waar.
De bestrijding van ongewenste zuigers, knagers en vreters laat ik
aan de natuur over.
Luizen hebben veel verschillende natuurlijke vijanden. Het
meest bekend is waarschijnlijk het lieveheersbeestje. Minder bekend is de larve
van datzelfde lieveheersbeestje.
Verder
zijn er de larven van gaasvliegen, diverse zweefvliegen en roofmuggen.
Dan heb
je nog roofvliegen, roofwantsen, oorwormen en sluipwespen.
Als je al die natuurlijke vijanden ziet, is het bijna nog
een wonder dat er bladluizen bestaan. Bladluizen kunnen zich echter zo
razendsnel vermeerderen dat ze een klein voorsprongetje hebben, vooraleer die
natuurlijke vijanden ze in de gaten krijgen.
Wij, tuinliefhebbers, zijn zo
gespitst op bladluizen in de rozen dat wij ze al vaak sneller in het vizier
hebben dan het lieveheersbeestje en consorten.
Leun echter achterover en laat
die tuinvriendjes hun werk doen.
Als je planten in je tuin hebt staan die elk jaar onder de
bladluizen zitten, dan kan het zijn dat die plant het om een of andere reden
niet naar zijn zin heeft.
Het kan dat de grond of de standplaats hem niet bevalt. Het kan ook dat de plant steeds
te droog of te nat staat of te veel of te weinig meststoffen ontvangt.
Meestal
te weinig.
Wat extra voeding doet veel planten goed en verhoogt hun weerstand
tegen bladluizen.
Lieveheersbeestje |
Larven van de roofgalmug. 1 larve dood ongeveer 100 bladluizen! |
Larve van waarschijnlijk een gaasvliegen, lekker aan de maaltijd. |
Deze luis is gedood door een sluipwesp |
Geen opmerkingen:
Een reactie posten