Geen lieflijker bloempje dan het elfenbloempje.
Als de plant
staat te bloeien, lijken de afzonderlijke bloempjes wel wat op dansende elfjes
met hoepelrokjes aan.
De wetenschappelijke naam is Epimedium en er zijn
tegenwoordig heel veel soorten en variëteiten van bekend.
De elfenbloemen kun je in twee groepen verdelen:
groenblijvende en bladverliezende. Het zijn allemaal bodembedekkers, maar dan
voor mensen met een pietsje geduld.
Alhoewel, de Epimedium ‘Frohleiten’ zet er
bij mij in de tuin flink de sokken in.
Deze vorm is groenblijvend en het jonge
blad is prachtig rood van kleur.
Deze elfjes dragen gele rokjes.
Een echte
lentekleur en dat komt goed uit, want dan bloeit ze ook.
Bij veel Epimediums
zijn de elfjes wat schuchter van aard en dansen het liefst half verborgen
tussen het blad.
Veel mensen, ik ook, knippen daarom in de vroege lente al het
blad weg.
Zo vallen de bloemen het best op.
Bij de snelle ‘Frohleiten’ doe ik
dat niet meer.
Bij de bladverliezende soorten, zoals de spierwitte ‘Niveum’
hoef je natuurlijk geen blad weg te knippen, maar bij de groenblijvende is het
zaak het blad te verwijderen
(als je
dat tenminste wilt), voordat de bloemknoppen verschijnen.
Dan kun je tenminste
met de heggenschaar alles in ėėn keer boven de grond afmaaien. Ben je te laat
dan moet je blaadje voor blaadje wegknippen of de elfjes in de beschutting
laten dansen.